In de tekst staan vier getallen uitgeschreven.
Jeroen loopt samen met zijn broertje door de winkel.
Samen hebben zij éénendertig euro op zak.
Ze kopen een pak koekjes. In het pak zitten drieëntwintig koekjes.
Ook kopen zij twee rollen pepermunt.
In beide rollen zitten samen achtentachtig pepermuntjes.
Welke twee getallen lees je in de tekst?
Je had moeten klikken op ...
Je had niet moeten klikken op...