Inloggen
IEP Toets
Filters

Groep

Vak

Type

Werkbladen > Werkwoordspelling > Algemeen
Welk woord is geen heel werkwoord? [7]
Groep 7
Op dit werkblad ga je oefenen met hele werkwoorden. Je leest steeds regels met vier woorden. Lees de woorden goed door en kruis dan het hele werkwoord aan. Door dit te oefenen word je steeds beter in het herkennen van hele werkwoorden.
Werkbladen > Spelling > Ontbrekende letters [2] > Schrijf je -eer(d), -aar(d), -oor of -uur? > Schrijf je -eer of -aar?
Schrijf je -eer of -aar? [10]
Groep 7
Met dit werkblad oefen je wanneer je een -eer of -aar schrijft. Dit ga je doen door woorden af te maken met deze klanken. Lees het begin van het woord en vul dan -eer of -aar in. Lees het woord na om te controleren of het woord klop!
Werkbladen > Spelling > Ontbrekende letters [2] > Schrijf je een -ou(w)- of -au(w)-?
Schrijf je een -au- of een -ou-? [17]
Groep 8
Met dit werkblad oefen je wanneer je een -au- of -ou- schrijft. Dit ga je doen door woorden af te maken met een van deze twee klanken. Het is goed om dit te oefenen, omdat de -au- en -ou- hetzelfde klinken. Door deze woorden vaak te lezen en te schrijven, onthoud je beter of je -au- of -ou- schrijft in een woord. Veel succes!
Werkbladen > Spelling > Schrijf je -heid, -teit, -lijk of -ig? > Schrijf je -heid, -teit, -lijk of -ig?
Schrijf je -heid, -teit, -lijk of -ig? [21]
Groep 8
Op dit werkblad ga je oefenen met de uitgangen -heid, -teit, -lijk en -ig. Je gaat dit doen door de woorden op het werkblad af te maken. Lees het eerste deel van het woord en vul dan -heid, -teit, -lijk of -ig in om het woord af te maken.
Werkbladen > Spelling > Fout gespelde woorden
Welk woord is fout gespeld? [39]
Groep 7
Op dit werkblad ga je oefenen met woorden die fout zijn gespeld. Je ziet steeds een rij van vier woorden. Lees de woorden goed en kruis dan het woord aan dat fout is gespeld. Veel succes!
Werkbladen > Spelling > Ontbrekende letters [2] > Schrijf je de -c- als een -k- of een -s-? > Schrijf je een -c- of een -s-?
Schrijf je een -c- of een -s-? [4]
Groep 7
Met dit werkblad oefen je wanneer je een -c- of -k- schrijft. Dit ga je doen door woorden af te maken met een van deze twee letters. Het is goed om dit te oefenen, omdat de -c- en -k- soms hetzelfde kunnen klinken. Door deze woorden vaak te lezen en te schrijven, onthoud je beter welke letter je moet gebruiken. Veel succes!
Werkbladen > Spelling > Ontbrekende letters [2] > Schrijf je be-, ge- of ver-? > Schrijf je een ver- of een ge-?
Schrijf je een ver- of een ge-? [10]
Groep 6
Op dit werkblad ga je oefenen met woorden die beginnen met ver- of ge-. Je leest de zinnen op het werkblad en bepaalt welk voorvoegsel het beste past om het woord in de zin af te maken. Jij kiest dus of er ver- of ge- voor moet om het woord af te maken. Veel succes!
Werkbladen > Spelling > Ontbrekende letters [2] > Schrijf je de -c- als een -k- of een -s-? > Schrijf je een -c- of een -s-?
Schrijf je een -c- of een -s-? [9]
Groep 8
Met dit werkblad oefen je weetwoorden met een -c- of -s-. Je oefent door de woorden af te maken met de juiste letter. Het is handig om dit te oefenen, omdat de -c- soms klinkt als een -s-. Door dit soort woorden veel te schrijven weet je steeds beter wanneer je de -c- en wanneer je de -s- gebruikt.
Werkbladen > Spelling > Ontbrekende letters [2] > Schrijf je de -c- als een -k- of een -s-? > Schrijf je een -c- of een -s-?
Schrijf je een -c- of een -s-? [2]
Groep 6
Met dit werkblad oefen je wanneer je een -c- of -s- schrijft. Dit ga je doen door woorden af te maken met een van deze twee letters. Het is goed om dit te oefenen, omdat de -c- en -s- soms hetzelfde kunnen klinken. Door deze woorden vaak te lezen en te schrijven, onthoud je beter welke letter je moet gebruiken. Veel succes!
Werkbladen > Spelling > Fout gespelde woorden
Welk woord is fout gespeld? [3]
Groep 5
Op dit werkblad ga je oefenen met woorden die fout zijn gespeld. Je ziet steeds een rij van vier woorden. Lees de woorden goed en kruis dan het woord aan dat fout is gespeld. Veel succes!